In het werken met mensen is het belangrijk een ethische code in acht te nemen. Deze ethische code bevat 11 gedragsregels die ik als spiritueel begeleider naleef.
- De spiritueel begeleider handelt altijd in het belang van de cliënt.
- De spiritueel begeleider zal de wet- en regelgeving naleven bij het uitvoeren van de praktijk.
- De basisvoorwaarden voor een behandeling zijn: Integriteit, Onpartijdigheid en Respect.
- Een spiritueel begeleider doet al het mogelijke om de veiligheid van de cliënt te garanderen.
- Uitbuiting in wat voor vorm dan ook is nooit toegestaan. Ongeacht de setting of het behandeltarief, er wordt altijd gewerkt volgens de hoogste ethische standaard.
- De spiritueel begeleider dient zich bewust te zijn van eventuele vooroordelen en stereotype opvattingen en er voor te zorgen dat hij een antidiscriminerende houding heeft, zowel in de rol van begeleider als in het dagelijks leven.
- Er wordt vertrouwelijkheid op het hoogst mogelijke niveau geboden, de privacy van de cliënt wordt gerespecteerd waardoor het opbouwen van een vertrouwensband mogelijk is.
- Vooraf wordt de cliënt kenbaar gemaakt onder welke condities de spirituele begeleiding wordt aangeboden. Bij tussentijdse verandering wordt vooraf met cliënt overeenstemming bereikt.
- De spiritueel begeleider zal duidelijke grenzen stellen en in acht nemen. Hij zal rekening houden met de effecten van overlappende, dubbele of al bestaande relaties en zo nodig doorverwijzen naar een andere hulpverlener of hulpverlenende instantie.
- De spiritueel begeleider zal waken voor belangenverstrengeling, hij zal ernaar streven objectief te blijven in denken en handelen.
- De spiritueel begeleider doet al het mogelijke om de kwaliteit van de behandeling te controleren, de eigen competentie te verbeteren en steeds binnen de grenzen van die competentie te werken. De spiritueel begeleider maakt regelmatig gebruik van geschikte supervisie of intervisie. Ook zal de spiritueel begeleider jaarlijks de reanimatie/AED-training herhalen.
|